OPINIE: GRAND HOTEL EUROPA IS EEN WAKE UP CALL VOOR ERFGOEDPROFESSIONALS OM MONUMENTEN IN TE ZETTEN VOOR ONTWIKKELING IN PLAATS VAN STAGNATIE

daphnebouman Avatar
Afbeelding 1: Toeristen bij de Spaanse trappen in Rome. Fotografie: Daphne Bouman, 2018

Wandelend door de oude binnenstad van Amsterdam doet het voorkomen alsof de tijd heeft stil gestaan, de historische bebouwing lijkt weinig veranderd door de monumentale beschermde status. In de roman Grand Hotel Europa stelt de schrijver Ilja Leonard Pfeijffer dat het krampachtig vasthouden aan het verleden, schadelijk is voor de ontwikkeling van het Europese continent. Als Europa deze tendens doorzet ontstaat er een grote achterstand ten opzichte van andere landen zoals China. Met deze oproep in het achterhoofd, zet ik hieronder wat gedachten uiteen over wat de erfgoedsector kan leren van deze wake-up call.

“Je zou de geschiedenis van Europa kunnen beschrijven als een geschiedenis van terugverlangen naar de geschiedenis” (p.65). Deze stelling komt onder andere tot uiting in de bescherming van de Europese gebouwde omgeving én tradities. Het Europese continent dreigt een groot museum te worden waarin het verleden geconserveerd wordt. Dit terwijl andere delen van de wereld zich focussen op technologische en culturele ontwikkeling, is Europa bezig met het conserveren van de oude cultuur. Pfeiffer waarschuwt ons dat als we niet oppassen, we in de toekomst weinig van het heden hebben om te laten zien in de museumzalen van de toekomst (p.497). De situatie van Europa lijkt in een neergang te zijn. “De bodemschatten zijn uitgeput, de industriële productie loopt terug, de werkloosheid stijgt en de bevolking krimpt” (p. 452). Ondanks dat op kleine schaal natuurlijk wel vooruitgang wordt geboekt in Europa, lijken de ontwikkelingen op andere continenten sneller te gaan. Het is tijd dat Europa een nieuwe weg in slaat en goed nadenkt over de impact van het vasthouden aan het verleden. Hieronder licht ik toe dat cultureel erfgoed kan bijdragen aan het bieden van ruimte voor ontwikkeling.

Het Europese pretpark

Het conserveren van het verleden heeft enerzijds te maken met angst voor (technologische) ontwikkelingen die de ruimte van het oude zullen innemen. Dit schetst Pfeijfer aan de hand van het scenario dat een Chinese ondernemer het traditionele hotel Grand Hotel Europa nieuw leven in blaast. Anderzijds is het behoud van cultureel erfgoed een alsmaar groeiende trend van de afgelopen eeuw veroorzaakt door en in stand gehouden door (massa)toerisme. (Massa)toerisme levert veel nieuwe banen op en in de sector is snel geld te verdienen, maar het brengt ook nadelen met zich mee. Massatoerisme zorgt onder andere voor veel overlast voor lokale bewoners en het is vervuilend voor het milieu. Pfeijfer bespreekt in het boek het beroemde voorbeeld van Venetië, de stad die de grote stromen toeristen niet veel langer aan kan. De ontwikkeling van de stad staat in vele opzichten stil door de overweldigende aantallen toeristen. “Deze stad, die vrijwel uitsluitend nog wordt bewoond door spoken uit het verleden, wordt vandaag de dag overspoeld door achttien miljoen toeristen per jaar” (p.84).

Als gevolg van, en oorzaak, van massatoerisme lijkt Europa steeds meer een recreatiepark te worden in plaats van een plek om te wonen en te werken. Recreatie lijkt de overhand te nemen. Tegenwoordig is het een trend om authentieke ervaringen op te doen op (voor jou nog) onbekende locaties. Pfeijfer beschrijft dit als de infantilisering van de wereld: “Zoals je vroeger als kind tijdens de grote vakantie nog meer kind kon zijn dan je al was, zo is de vakantie nu voor veel mensen bij uitstek de periode waarin ze alle remmen losgooien en zich lekker gaan kapotamuseren in het mondiale pretpark” (p.304).

Is Grand Hotel Europa de onoverkoombare toekomst?

Om de problemen van massatoerisme tegen te gaan worden al veel strategieën uitgerold; van spreidingstechnieken (Muiderslot benoemen tot Amsterdam Castle) tot aan een hotelstop. Het leek tot aan begin dit jaar nog weinig effect te hebben in Nederland. De coronacrisis brengt het toerisme in een ander perspectief. Plots waren de binnensteden een stuk leger zonder toeristen en gingen de stadsbewoners hun eigen stad weer meer ten voet ontdekken.

(Maatschappelijke) herbestemming

Nadenkend over wat dit voor de erfgoedsector betekent, besef ik mij dat de werkelijkheid niet zo zwart-wit is als geschetst wordt. Ondanks dat Nederland veel beschermde monumenten kent, is er vaak ook ruimte voor herbestemming van de monumenten. Zo zijn er tientallen goede voorbeelden van herbestemde kerken, kloosters en watertoren die een nieuwe functie in de maatschappij hebben gekregen. Soms een maatschappelijke functie zoals een bibliotheek, en soms worden ze getransformeerd tot horeca of woningen. Deze middenweg zorgt ervoor dat de beschermde gebouwde omgeving wel bewaard wordt, maar dat ook een nieuwe hedendaagse laag aan het gebouw wordt toegevoegd.

Afbeelding 2: Herbestemming van cultureel erfgoed in Den Helder. Fotografie: Daphne Bouman, 2017

Participatie

Het betrekken van de maatschappij bij het definiëren van de functies culturele erfgoed zal ook bijdragen dat gebouwd erfgoed niet enkel recreatieve functies heeft. Door de lokale bewoners nauw te laten mengen bij de invulling van cultureel erfgoed zullen andere economische sectoren dan toerisme/recreatie gestimuleerd kunnen worden. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed heeft het Europese Verdrag van Faro ondertekend. Dit verdrag benadrukt het belang van de verbindende waarde van erfgoed en van deelname door de samenleving. Door middel van participatie kan cultureel erfgoed worden ingezet als middel om maatschappelijke doelen te verwezenlijken. Op deze manier wordt cultureel erfgoed geen levenloos museumstuk in de openbare ruimte maar draagt het bij aan de (lokale) samenleving.

De rol van de planners en bouwers

Ten slotte kunnen stedenbouwers en planologen een rol spelen in een duurzaam toeristen systeem. In Stadszaken benadrukken stedenbouwkundige Paul Kurstjens en sociaalgeograaf Egbert van der Zee het belang van gemeentelijke aandacht voor toerisme. Voorbeelden waarover nagedacht wordt zijn de looproutes van toeristen en het promoten van kleine musea. Maar dat is nog niet alles ‘het systeem moet uitnodigen om verder te kijken. Je moet goed nadenken over wie je wil zijn en wie je wil aantrekken als stad’. Daarop actief acteren en de benodigde infrastructuur aanleggen is het devies. Een heldere visie over de rol van cultureel erfgoed voor toerisme zal bijdragen aan stedelijke ontwikkeling dat verder gaat dan enkel toerisme. De roman van Pfeijfer is een wake up call voor de erfgoedsector en andere betrokken sectoren om actief na te denken over hoe het doembeeld dat de schrijver schetst binnen de perken gehouden kan worden.

Afbeelding 3: Het anatomiegebouw van de voormalige faculteit dierengeneeskunde in Utrecht is herbestemd tot woningen en een evenementen locatie. Fotografie; Daphne Bouman, 2020

BRONNEN

Pfeijffer, I. L. (2018) Grand Hotel Europa, De Arbeiderspers

ISBN: 9789029526227

Stadszaken (2020) Bilbao moet voorbeeld zijn voor Nederlands denken over toerisme. 22 december 2020

Rijksdienst voor het cultureel Erfgoed (2020) Erfgoedparticipatie Faro


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: